Rentabiliteit

Op deze website vind je veel informatie over de rentabiliteit van een organisatie. Gebruik het menu om meer informatie te lezen of gebruik de calculator waarmee je een berekening kunt maken. Bekijk ook de andere websites over de kengetallen, zoals de solvabiliteit of liquiditeit.

Rentabiliteit of rendabiliteit is de verhouding tussen de winst (inkomen)  en het eigen vermogen.

Met de rendabiliteit kun je investeringsbeslissingen voor de langere termijn nemen. In de praktijk maakt een investeerder een afweging tussen het risico en het rendement per investering of project, waardoor het van belang is per project de rentabiliteit te calculeren.

Een organisatie moet rendement behalen om de continuïteit te waarborgen en vervolgens kan met het behaalde rendement (winst) de eigen vermogensverschaffers (aandeelhouders) betaald worden. Deze betaling noemt men een dividenduitkering.

De rendabiliteit, wordt berekend om na te gaan in hoeverre een investering "rendement" oplevert. Dus met andere woorden, of er geld verdiend wordt met een bepaalde investering. Er zijn drie verschillende manieren om de berekening te maken.

 

Interne rentabiliteit

Het verschil tussen de interne rendabiliteit en netto contante waarde-methode (NCW) is dat bij de interne rentabiliteit een percentage wordt berekend, terwijl bij de netto contante waarde een absoluut getal wordt berekend.

 

Gemiddelde boekhoudkundige rentabiliteit

Een investeringsbeslissing wordt genomen op basis van een berekening, zoals de gemiddelde boekhoudkundige rendabiliteit. Er wordt in deze berekening rekening gehouden met toekomstig ingaande en uitgaande geldstromen, die voortkomen uit de investering (of het project). Een investering/project kan verschillende zaken omvatten. Denk bijvoorbeeld aan de investering in nieuwe machines in een fabriek, waardoor er geïnvesteerd wordt in vaste of vlottende activa.

 

Gemiddelde geïnvesteerd vermogen

Het gemiddelde geïnvesteerd vermogen is het bedrag dat over een bepaalde periode is ingebracht en vervolgens vaststelt hoe hoog dit bedrag is geweest aan het begin van de periode en aan het eind van de periode. Vervolgens wordt het gemiddelde bepaald. Een investering in machines of andere activa zijn bedoeld om bepaalde doelen te verwezenlijken.

De machine is aangeschaft voor € 10.000,-. De residuwaarde is € 2.000,-. Totaal gaat de machine 4 jaar mee.

Het gemiddelde geïnvesteerde vermogen in jaar 1 = € 10.000 (begin periode) + € 8.000 (eind periode) --> delen door twee is € 9.000,-

De vermindering van € 2.000 in de betreffende periode is het gevolg van afschrijvingen die je berekent door middel van de aanschafwaarde € 10.000,- minus restwaarde € 2.000,- = € 8.000,-. De machine gaat 4 jaar mee dus € 8.000 / 4 = € 2.000,-.

 

Hefboomeffect rentabiliteit

Het hefboomeffect rendabiliteit betekent dat er hogere opbrengsten worden behaald dan de interest van het vreemd vermogen. Als de rendabiliteit van het totaal vermogen hoger is dan de rendabiliteit van het vreemd vermogen is er sprake van een positieve hefboomwerking. Is de rendabiliteit van het totaal vermogen lager dan de rendabiliteit van het vreemd vermogen is er sprake van een negatieve hefboomwerking. Hoe groter het aandeel vreemd vermogen, des te groter is de hefboomwerking.